meetinstructie

vraag hoeveel postzegels de respondent koopt
per jaar, per maand, per week, per etmaal
vraag hoeveel postzegels hij daadwerkelijk gebruikt
om kaarten te verzenden
om brieven en of pakjes te verzenden
per jaar, per maand per week, per etmaal

lees het handschrift op de ontvangen ansichtkaarten van de respondent
slaat de tekst op de afbeelding, op de relatie met de afzender
of anders namelijk, idem beoordeel eventuele tekeningen
schat de voorraad ansichtkaarten van de respondent
vraag naar de oorsprong van de kaarten, vraag naar hun bestemming
tel het aantal ansichtkaarten met een oorsprong en een bestemming

tel de tranen die op de kaart vallen als de respondent de kaart ontvangt,
leest en herleest, zijn het er 0 tot 5, 6 tot 10 of zijn het er meer dan 10
turf de keren dat de tekst gelezen is door het vaststellen van de stijfheid
gebruik detectie poeder, tel het aantal vingerafdrukken en meet
de spierkracht waarmee de respondent de kaart vast hield
de totaalscore is de som van de antwoorden op vraag 1 tot en met 30

als de totaalscore lager is dan 64 dan is de correspondentie formeel
is de totaalscore 64 of hoger en lager dan 128 dan is de correspondentie amicaal
bij een totaalscore van 128 of hoger is de correspondentie intiem
bij een, twee en drie ontstaat bij afbreken van de correspondentie
respectievelijk opluchting, verbazing en verdriet
bij voortzetting respectievelijk verdriet, verbazing en opluchting

 

oktober 2003
Nini Salet